Mandirs in Den Haag

Mandirs in Den Haag - Hindoes zijn de verbouwde garages beu

Hindoestanen willen volwaardige mandirs(tempels) bouwen en hun belangrijkste culturele en religieuze ontmoetingsplekken niet langer onderbrengen in koude garages en benedenwoningen. De nieuwe werkgroep ‘Mandirs in Den Haag’ gaat de gemeente benaderen voor grond.

De warm uitgelichte kleurige beelden in de Dew Mandir aan de Gaslaan kunnen niet verhullen hoe koud het er is. „Dit blijft een voormalige garage,’’ zegt Roeth Chotkan, secretaris van de mandir.Zo zijn de enkele tientallen, grote en kleine, mandirs in Den Haag ondergebracht op locaties als garages en woonhuizen.„Terwijl in Wijchen, met een Hindustaanse gemeenschap van ongeveer 800 mensen, de gemeente wel faciliteert met grond,’’ zegt Rajesh Ramnewash van de nieuw opgerichte werkgroep Mandirs in Den Haag.

Hij bedoelt: Den Haag, de Hindustaanse hoofdstad van Nederland met ruim 60.000 Hindustanen, blijft achter bij dorpen en steden Wijchen, Zoetermeer en Amsterdam.
Ramnewash en ook Kamal Ramkalup, bestuursadviseur van de Asan Mandir aan de Regentesselaan doen met hun voorstel niets af aan de scheiding van kerk en staat.

„Het geld voor grond en voor de bouw hebben we zelf. Dat is ingezameld en door verkoop van obligaties bij elkaar gebracht. Het gaat uitsluitend om een plek,’’ stelt Ramnewash.„Zoals moskeeën in de stad die grond ook krijgen toegewezen,’’ zegt Ramkalup. De roep om een ‘echte’ mandir komt voort uit de behoefte aan een bouwwerk, dat voldoet aan de heilige wetten die daarvoor gelden. „Wat we nu doen in garages en woonhuizen is het meest haalbare binnen de mogelijkheden.’’Zelfs in die ruimten kunnen alleen worden gebruikt nadat een pandit, een geestelijk leider, toestemming geeft. Chotkan: „De ingang, de richting waarin de beelden staan, de ruimte waarin ze staan, het ligt allemaal vast in de geschriften.’’Zo is het heel belangrijk dat een mandir vrijstaand is. Iets wat nu nergens het geval is in Den Haag.

„Bij bepaalde gelegenheden moet je zeven keer om de mandir lopen. Bij de opening van deze mandir, zo'n dertien jaar geleden, hebben we rond het hele huizenblok gelopen. Maar dat is natuurlijk eigenlijk niet zoals het moet.’’ Het gebied langs tramlijn 11 bij de Loosduinseweg dat in ontwikkeling is en waar veel Hindustanen werken en wonen, zou zich goed lenen voor een mandir, vindt de werkgroep Mandirs in Den Haag, waarin juridische, bouwen communicatie experts zitten Het nieuwe collectief wil de Hindustaanse organisaties helpen bij het benaderen van de gemeente. Chotkan sluit niet uit dat zij zich tot nu toe zelf te bescheiden hebben opgesteld. „Het zit niet in onze aard met de vuist op tafel te slaan.’’

Door: MAAIKE KRAAIJEVELD, AD, donderdag 3 december 2009 / HLM 2009